In juni 1992 studeerde Aristotelis af aan het Hellenikon Conservatorium te Athene. Vanaf september 1992 tot oktober 1997 heeft hij aan het Rotterdams Conservatorium een studie genoten die naar twee diploma’s heeft geleid: DM (1995) en UM (1997). Vanaf 1990 tot 1996 heeft hij van verschillende beroemde bassisten masterclasses en/of privélessen gehad: T. Toshev, T. Martin, J. M. Rollez, H. Erhen en J. Katrama.

Sinds 1991 heeft Aristotelis, zowel in Griekenland als in Nederland, veel ervaring opgedaan als orkest- en ensemblemusicus; hij speelde met veel beroepsorkesten, zowel symfonisch als opera- en kamerorkestrepertoire, van hedendaagse muziek- tot barokensembles.

In 1991 en 1993 speelde Aristotelis in Athene hedendaagse muziek voor contrabas. In 1996 was hij solist in het Concerto a cinque van O. Respighi met het Arnhems Conservatorium Orkest. In mei 1998 werd hij in Graz, Oostenrijk uitgenodigd om naast musici zoals P. Badura-Skoda, M. Drewnowski, P. Plavner, B. Gorzynska, M. Maurer, R. Moog, E. Klein en Y. Chang Cho bij het kamermuziekfestival Grazer Frulhing op te treden.

Sinds oktober 1998 is hij aanvoerder contrabassist van het voormalige Het Gelders Orkest, nu Phion. Als gastaanvoerder heeft hij naast Phion bij vele andere Nederlandse orkesten de contrabasgroep aangevoerd: het Brabants Orkest, het Limburgs Symfonie Orkest, het voormalige Orkest van het Oosten, Amsterdam Sinfonietta, het Residentie Orkest en het Nederlands Philharmonisch Orkest.

Aristotelis speelt graag hedendaagse muziek: hij werkt regelmatig samen met het Asko/Schönberg ensemble en is lid van het avant-garde septet Hungry Gods die uitsluitend muziek van Florian Magnus Maier speelt.

Aristotelis speelt op een contrabas (1873, Adolfa Berretta, Turijn), die hem tot beschikking is gesteld door het Mecenaat van Het Gelders Orkest.